Jezus ging Jericho in en trok door de stad. Er was daar een man die Zacheüs heette, een rijke hoofdtollenaar. Hij wilde Jezus zien, om te weten te komen wat voor iemand het was, maar dat lukte hem niet vanwege de menigte, want hij was klein van stuk. Daarom liep hij snel vooruit en klom in een vijgenboom om Jezus te kunnen zien wanneer hij voorbijkwam. Toen Jezus daar langskwam, keek hij naar boven en zei: ‘Zacheüs, kom vlug naar beneden, want vandaag moet ik in jouw huis verblijven.’ Zacheüs kwam meteen naar beneden en ontving Jezus vol vreugde bij zich thuis. Allen die dit zagen, zeiden morrend tegen elkaar: ‘Hij is het huis van een zondig mens binnengegaan om onderdak te vinden voor de nacht.’ Maar Zacheüs was gaan staan en zei tegen de Heer: ‘Kijk, Heer, de helft van mijn bezittingen geef ik aan de armen, en als ik iemand iets heb afgeperst vergoed ik het viervoudig.’ Jezus zei tegen hem: ‘Vandaag is dit huis redding ten deel gevallen, want ook hij is een zoon van Abraham. De Mensenzoon is gekomen om te zoeken en te redden wat verloren was.’
Lucas 19:1-10
De intocht in Jericho moet iets koninklijks hebben gehad. Een voorproefje van de intocht in Jeruzalem. Vele mensen langs de weg, jubelend en juichend en enthousiast om Jezus die voorbij zou komen. Zacheüs wilde uit nieuwsgierigheid die Jezus wel eens zien. Misschien voelde hij zich wel aangesproken door wat Jezus zei en deed. Maar hij voelde zich er niet wel bij om hem onder ogen te komen.
Om toch maar een glimp van Hem op te vangen klom hij in een boom, zodat hij de weg kon overzien. Maar hij had zeker niet verwacht dat hij opgemerkt zou worden! En die Jezus vroeg dan nog of hij bij hem mag komen, in zijn huis!
Overrompeld door zoveel vriendschap haastte hij zich naar beneden en ontving Jezus met vreugde. Van het ene op het andere moment veranderde hij van een afstandelijke toeschouwer in een betrokken medestander. Opeens was zijn rijkdom en macht niet meer het belangrijkste in zijn leven. Door zijn hart open te stellen voor Jezus ging ook zijn wereldse schatkist open en koos hij vor een andere levensstijl.
Op welke Zachëus lijken wij?
Hoever mag Jezus in ons leven doordringen? Tot aan de buitenkant? Of mag Hij gaan tot de diepste kern van ons bestaan?
De eerste stap hebben we hopelijk gezet door onze bekering. Maar durven wij ons ook losmaken van bezit en macht?
Zacheüs wilde Jezus zien en werd daardoor zelf gezien. De toeschouwers in het verhaal, zelf zij die met Jezus meewandelden, zagen hem niet. Maar Jezus keek omhoog en zag het hart van Zacheüs. Hij zei: “Vandaag wil Ik in je hart komen wonen.”
Het evangelie nodigt ons uit om Jezus telkens opnieuw op te zoeken om de vriendschap te versterken. Om onze talenten, maar ook onze gebreken, bij Hem te brengen. Hij wil ons vormen naar Zijn beeld en Zichzelf zo aan de wereld te tonen waardoor wij als een spiegel functioneren. Zijn liefde wordt dan zichtbaar in de wereld, door ons heen.